JOIN Admin heeft verschillende administratorniveaus. Deze niveaus bepalen de toegang van groepen applicatiebeheerders tot de verschillende functies in JOIN Admin. Standaard zijn er twee administratorniveaus:
- Super administrators: zij hebben toegang tot de gehele applicatie.
- Standaard administrators: zij hebben alleen toegang tot functies die door de super administrator zijn bepaald.
Minimaal één applicatiebeheerder moet Super administrator zijn. Als u Super administrator bent, dan heeft u de mogelijkheid om rechten toe te kennen aan Standaard administrators.
U kunt bijvoorbeeld een vertrouwelijk boek afschermen tegen ongewenste wijzigingen, maar u kunt ook aan administrators per afdeling of locatie alleen die menu’s, profielen en boeken tonen die voor hen relevant zijn.
Knop |
Omschrijving |
Toetscombinatie |
|
Toon volledige lijst |
Alt A. |
|
Nieuwe gebruiker |
Alt N. |
|
Nieuwe groep voor gebruikers |
Alt G. |
|
Opslaan |
Alt S. |
|
Annuleren |
Alt C. |
|
Verwijder Gebruiker |
Alt R. |
Klik in de Navigatie op Gebruikersbeheer -> Administratorniveaus. In het Center verschijnen de beschikbare Administratorniveaus.
- Klik in de knoppenbalk van het Center op de knop Nieuw.
- Vul in het veld Naam administratorniveau de naam van het nieuwe niveau in.
- Selecteer het tabblad Gebruikers.
Nadat u op het gewenste administratorniveau heeft geklikt kunt u vervolgens naar het tabblad gebruikers gaan (zie: volgende twee afbeeldingen). Op het tabblad Gebruikers kiest u de gebruiker die u wilt koppelen aan het Administratorniveau. Op het tabblad zijn twee hyperlinks zichtbaar: gekoppelde gebruikers en beschikbare gebruikers. Achter deze hyperlinks staat een cijfer tussen haakjes, waarmee aangegeven wordt hoeveel gebruikers al gekoppeld zijn en hoeveel gebruikers in totaal beschikbaar zijn. Door op een hyperlink te klikken, of door op de pijltjesicoon voor de link te klikken, worden alle gebruikers uit de betreffende categorie zichtbaar
Let op: u kunt uiteraard pas gebruikers koppelen als deze al aangemaakt zijn.
- Klik op “Beschikbare gebruikers”.
- Vink de gebruikers aan die u dient toe te voegen aan het administratorniveau. De regel waarop de aangevinkte gebruiker staat verandert van kleur.
- Klik op de knop “Koppel items” naast Gekoppelde gebruikers.
- Klik in de knoppenbalk op “Opslaan”.
Gebruikers van administratorniveaus ontkoppelen:
- Klik op “Gekoppelde gebruikers”.
- Vink de gebruikers aan dat u wilt ontkoppelen. De regel waarop de aangevinkte gebruiker staat verandert van kleur.
- Klik op de knop “Ontkoppel items” naast Beschikbare gebruikers.
- Klik op de knop “Opslaan”.
U kunt ook gebruikers koppelen of ontkoppelen door middel van slepen:
- Selecteer de gebruikers die u wenst te verplaatsen naar Gekoppelde gebruikers of Beschikbare gebruikers. De geselecteerde gebruikers veranderen van kleur.
- Klik op het plusteken voor één van de gebruiker die u wenst te verplaatsen.
- Houd de linker muisknop ingedrukt.
- Sleep nu de geselecteerde gebruikers naar de regel “Gekoppelde gebruikers” of “Beschikbare gebruikers”. Er verschijnt een logo zodra u de actie uitvoert.
- Zodra u de linker muisknop loslaat, zijn de gebruikers verplaatst en daarmee gekoppeld of ontkoppeld.
- Klik op de knop “Opslaan”
Overigens is het niet mogelijk voor een beheerder om zichzelf te koppelen aan of te ontkoppelen van een administratorniveau.
Zoeken naar een gebruiker:
- Vul in de filterbalk de naam van een gebruiker in.
- Druk op “Enter”.
Als Super administrator kunt u instellen welke groep administrators toegang heeft tot bepaalde functies in JOIN Admin:
- Selecteer het tabblad “Applicatietoegang”. Op dit tabblad wordt de Navigatie van JOIN Admin weergegeven.
- Door op de plustekens voor een omschrijving te klikken wordt de onderliggende structuur geopend.
- U kunt vinkjes plaatsen voor die delen van de navigatiestructuur waar de administrator rechten op moet krijgen.
- Door in de knoppenbalk op “Bewaren” te klikken legt u de rechten vast.
- Let op: Selecteert u in de lijst van beschikbare Administratorniveaus de Super Administrator, dan ontbreekt het tabblad Applicatietoegang. De Super Administrator heeft als enige altijd rechten op alle delen van de applicatie.
- Het kan zijn dat de lijst met beschikbare administratorniveaus erg lang is. Om te zorgen dat deze overzichtelijk blijft, kunt u deze ordenen in groepen.
- Kies in de Navigatie Gebruikersbeheer -> Administratorniveaus. In het Center verschijnt de lijst met beschikbare administratorniveaus.
- Klik in de knoppenbalk van het Center op “Nieuwe groep” voor administratorniveaus.
- U kunt in het scherm dat verschijnt een naam invullen voor de nieuwe groep. Klik op “OK”.
- Naast de nieuw aangemaakte groep ziet u nu ook de groep “Niet ingedeeld”.
Vervolgens gaat u administratorniveaus onderbrengen in een groep door middel van slepen:
- Klik op de groep “Niet ingedeeld”. De lijst niet ingedeelde administratorniveaus wordt geopend.
- Klik op het plusteken voor de naam van het administratorniveaus die u in de nieuwe groep wilt onderbrengen. Houd de linker muisknop ingedrukt.
- Sleep nu het administratorniveaus naar de nieuwe groep die u hebt aangemaakt. Er verschijnt een logo als u de actie uitvoert.
- Zodra u de linker muisknop loslaat, is het administratorniveaus in de nieuwe groep ondergebracht.
- Wilt u het administratorniveaus uit de groep halen, dan sleept u deze terug naar de groep “Niet ingedeeld”.